Dit was … DIALOOG-vliegers in Ruiselede
Over Vliegende vragen, gevleugelde antwoorden.
Met de actie vliegende vragen, gevleugelde antwoorden’ van het project DIALOOG gingen vrije burgers met gedetineerden uit verschillende Vlaamse en Brusselse gevangenissen met elkaar in dialoog over hoe om te gaan met ‘conflicten en herstel’. Die dialoog vloog over en weer met DIALOOGvliegertjes. Gedachten en moeilijke vragen werden verwoord, gevouwen tot vliegers en werden over ‘de muur’ gegooid. Van buiten naar binnen, van binnen naar buiten, over de muren heen van onze eigen denkbeelden over de ‘andere’. Om op die manier te zoeken naar wat hen bond en gesloten ‘werelden’ (op zijn minst) een stukje werden geopend.
"Een mengeling van fascinatie en terughoudendheid dreef me naar de gevangenis van Ruiselede."
Vliegende vragen, gevleugelde antwoorden in Ruiselede
Zo’n titel voor een project lijkt wel voort te komen uit een stripverhaal, of het was op zijn minst ontsproten aan een jongensbrein: Wat als we gedetineerden brieven laten schrijven naar buiten? En we stellen het zo voor dat ze van hun brieven vliegertjes vouwen die ze over de gevangenismuur gooien. Studenten vangen die vliegertjes op, formuleren een antwoord en gooien een vlieger terug. Zo eenvoudig en zo mooi kan het zijn. Toch?
Het was mijn eerste keer. Dat is altijd bijzonder. Geen idee wat ik me moest voorstellen, mijn fantasie ging al met mij aan de haal. Een mengeling van fascinatie en terughoudendheid dreef me naar Ruiselede. Zouden die mannen wel iets hebben aan mijn filosofische vraagstukken? En wat als ze er totaal geen zin in hadden? De rit was door de legendarische bossen van Beernem, het decor was filmisch, in een onvoorstelbare stortbui kwam ik aan de gevangenispoort. Zoals het hoort in een film, begon het nog wat harder te regenen toen ik wachtte op de portier om het hek open te maken.
Terwijl ik stond te wachten, arriveerden ook fotograaf Maarten Caesens en Avansa-collega Kurt die achter de schermen, samen met de Gevangenis Ruiselede en de Rode Antraciet, alles piekfijn hadden voorbereid.
‘Neen, ik ben hier nog niet geweest.’ ‘Neen, ik ben nog niet geregistreerd, ik zit nog niet in het systeem.’ De registratie laat niets aan de verbeelding over. Een naamgenoot van mij was blijkbaar wel geregistreerd, de verleiding om onder mijn alter ego binnen te gaan, kon ik tijdig onderdrukken. Maarten zou fotograferen, aangezien hij toch niemand echt in beeld zou brengen, vond ik dat wel ok. Maar de administratieve molen draait volgens eigen wetmatigheden in een gevangenis. De aanvraag om de camera mee naar binnen te brengen, was niet tijdig bij de juiste persoon terecht gekomen. Het antwoord was ondubbelzinnig: neen, fotograferen kan niet, geen sprake van. Les 1, improviseren doe je niet zomaar in de gevangenis. Je bereidt alles tijdig voor en dubbelcheckt of je dat wel goed gedaan hebt.
Jammer dat ik geen beter zicht kreeg ik op de hoeve van de gevangenis, ik was er graag eerst eens rondgeleid. De omgeving waar die mannen in werken, had ik wel willen zien. Ik kan me voorstellen dat dieren voederen en verzorgen, de stallen mesten en instaan voor het onderhoud een goede therapie is. Als kind van een jaar of 6 had ik een speciale band met Bella, de naam van onze lievelingskoe bij mijn nonkel, de boerderij naast ons huis, Bella was knuffel en speelkameraad in één. Groot was de shock toen Bella van de ene dag niet meer tussen de andere koeien stond. Volwassenen waren eerder spaarzaam met hun uitleg toen, en de gevoeligheden van kinderen waren al helemaal niet aan de orde. Ik kan alleen maar raden wat er was gebeurd.
Het was een van de vragen die ik de mannen wilde stellen tijdens een van onze gespreksrondes: Naar wie gaat jouw zorg uit en voor wie wil je straks zorgen?
‘Vliegende vragen, gevleugelde antwoorden’ wou een ‘papieren gesprek’ opzetten tussen gedetineerden en studenten sociaal werk van buiten. Brieven zouden als vliegertjes over en weer reizen, en zo een gesprek doen ontstaan tussen mensen die mekaar niet ‘echt’ ontmoet hebben. Een brief schrijf je naar de ander, maar evenzeer naar jezelf. De brieven bevatten dan ook zowel een brok zelfreflectie als dat ze een uitgestoken hand zijn.
De studenten waren heel enthousiast toen ze de brieven te lezen kregen, dat bleek ook uit hun antwoorden. Iedereen had geantwoord, allemaal toonden ze hun engagement. Het thema was op voorhand vastgelegd, daar had ik niet in te kiezen. Enigszins verbaasd hoorde ik dat de briefwisseling tussen binnen en buiten over vrijheid zou gaan. Slik, had het niet iets minder confronterend gekund? Ik wou niet direct met het meest heikele thema beginnen. Maar, dat bleek allerminst een probleem te zijn. De mannen reageerden niet cynisch, niet afstandelijk en allesbehalve onverschillig. Al vlug merkte ik dat ze geen taboes hadden. Na de eerste sessie die collega Alex Klijn een paar weken eerder met hen had gehad, hadden uiteindelijk vier mannen een brief geschreven.
Het lokaal had ik vlug-vlug met Sara (van De Rode Antraciet), Maarten en Kurt geïnstalleerd. Toen ze met hun vijven het lokaal binnenkwamen, leek het of vijf jongens net van de speelplaats terug de klas binnen kwamen. Ik moest niet aan hen ‘trekken’. Hun interesse was even groot als hun bravoure. Geen macho-gedrag, hoogstens wat plagerijen, hun aanwezigheid was geen verplicht nummertje.
Ik zag goesting om ideeën uit te wisselen, niet alleen om zichzelf te horen spreken, maar even goed om te luisteren naar elkaar. Filosofie kreeg handen en voeten, waagde zich voorbij haar grenzen. Ik hoorde goesting om de kansen die ze kregen te grijpen. Ik hoorde mannen die het moeilijk hadden met de structuur die hen wordt opgelegd, maar ook hoe ze proberen om daar een weg in te vinden. Ik hoorde zeggen dat er in de gevangenis meer vrijheid was dan tijdens hun ‘vorig leven’ buiten. Ik hoorde vertellen over de rugzak die ze meedragen en toch proberen om op je 50-ste je diploma secundair onderwijs te halen.
En ik zag ook zwijgen en vermoedde verhalen waar op dat moment geen woorden voor waren …, het is een gissen wat er zich allemaal onder het oppervlak afspeelt. Daarvoor is veel meer nodig dan twee uur samen zijn. Maar dat was geen bezwaar voor deze ervaring.
Al is privacy heel relatief in de gevangenis, X. kon zeggen: “Vrijheid zit in je hoofd.”
Initiatief
De DIALOOG-vliegers in Ruiselede was een initiatief van de Gevangenis Ruiselede, De Rode Antraciet, Avansa Mid- en Zuidwest, studiegebied sociaal-agogisch werk van Howest en Hogeschool VIVES, en het volledige West-Vlaams netwerk Rondom Prison.